1ste levensjaar Maison Olleris

De mist trekt over de Gers. Olleris ruikt naar haardvuur, kerstlichtjes en kaarsen verspreiden hun licht in huis. Tijd om even “naar binnen te keren” en stil te staan bij 2018 …

Er waren de — best wel zware — eerste maanden na de verhuis. Een periode van het bekende loslaten en van soms teveel “nieuw” om in één keer te omarmen. Na maart had de chambres d’hôtes zijn nieuwe jasje gekregen en werden de deco-dozen uitgepakt, bedden geleverd, gordijnen opgehangen, foto’s genomen. Maison Olleris kreeg vorm. Zonder de steun van vrienden, die afwisselend langskwamen om te helpen klussen en ondertussen onze harten verwarmden, zou het nooit gelukt zijn. Dank je wel Mary & Jean-Paul, Claudine & Patrick en Annick & Martin !

De lente bracht nieuwe energie, gras werd gemaaid en tuinstoelen & terrassen kregen hun plaats. De “poolboy” bracht het blauw terug in het zwembad, de lavendel kreeg een groeischeut en de Gers kleurde geel van de zonnebloemen. De zomer was er één van hard werken maar vooral van vele verhalen met de gasten aan het ontbijt, rond de tafel in de avondzon, herwonnen vriendschappen, leute maken en leren van mekaar. De Gers werd gesmaakt : de eend, de Floc, de natuur, de rust. “Simple” maar niet simpel. Samenzijn in respect voor mekaar, zorg dragen voor wat echt belangrijk is.

De herfst was voor ons een explosie van oranje & purper : de bladeren die verkleurden, de druiven die op barsten stonden, de avondluchten in 50 tinten lila, roze, … en de laatste gasten die Maison Olleris achterlieten met een “we komen terug”. Nu zet de winter zich in net als 2017 bij onze aankomst, maar wij zijn zoveel ervaringen rijker. We nemen alle verhalen mee : Olleris was voor velen “lik thus” !

Dozen & Noppenfolie

Het is 8 maanden geleden dat we de beslissing namen om te verhuizen naar de Gers. De wat ? Daar begint het meestal mee als we vertellen naar waar we verhuizen. Ik denk dat we de voorbije maanden  — net als een toeristische dienst —  zoveel uitleg hebben gegeven over de Gers. Hoe is het toch mogelijk dat zoiets moois zo onbekend is gebleven ?

En nu maar hopen dat we de Belgen nieuwsgierig genoeg hebben gemaakt om ons een bezoekje te brengen.

Maar vandaag een woordje over dozen & noppenfolie. We mogen onszelf zo stilaan experts noemen in : dozen verzamelen, uitleg geven waarom we dozen nodig hebben (“Verhuizen naar de Gers … de wat ?”), auto volstapelen met allerhande formaten van dozen, laden en lossen van dozen … om maar te zwijgen van het tapen van dozen. Sinds een paar weken staat de garage er propvol van, vind je ze in elke kamer van ons huis en kent iedere fruit- en fietsenwinkel in de omgeving ons als “dozenschooiers”.

En noppenfolie : iets wat een paar maanden geleden in mijn hoofd enkel bestond als er een pakketje werd thuis geleverd, is nu onderwerp van gesprek geworden. Ondertussen kennen we de “noppenfolie-sites online” als de beste. We voerden prijsvergelijkingen, we bestelden en bestelden bij. Ondertussen zitten we aan 500 lopende meter en is ons huis als een project van Christo : elk meubel draagt een noppenfolie-jasje. De krant ligt op een noppenfolie-salontafel, de dag begint en eindigt met dozen en noppenfolie. De stereo is ingepakt in … juist, ja. En in plaats van muziek horen we vooral nog de “snak tsjjjjt” van de tape die wordt gescheurd om alle noppenfolie vast te maken. De dag begint en eindigt er ook mee. Dozen-dol worden we ervan !

De kasten worden leger naarmate de garage voller wordt (of is het omgekeerd) en alles wordt “een laatste keer” : gaan werken, met de collega’s samen zijn, uiteten met familie, een concert bezoeken, vrienden zien, een wasje draaien, een laatste nacht in een vertrouwde thuis dat meer en meer zijn beschermende jas afwerpt en terug een huis wordt.

Het wordt stilaan tijd dat we verkassen !

Een historisch moment : de eerste blog van Maison Olleris is een feit.

Maar … hoe begin je eigenlijk een blog ? En schrijf je vooral voor jezelf of in functie van wat anderen graag lezen ? Wat interesseert de anderen echt ? Wil men je ervaringen weten bij de opstart van een chambre d’hôtes ? Wil men een romantisch verhaal over marktjes, rosé-wijn en zonsondergangen in de Gers ? Moeilijk, hoor, dat “blog schrijven”.

In onze blog zal je niets lezen over de grote zoektocht naar een pand : we hebben eigenlijk nooit echt een doel gesteld als “nu moeten we een huis vinden.” Het vinden van een pand is nogal organisch gegroeid. We houden van de Franse cultuur : de savoir vivre, het lekker eten, de manier van omgaan met elkaar, de “bonjour“ die je te horen krijgt als je boodschappen doet in het dorp, de babbel bij de boulanger. De tijd die men neemt om te lunchen, om samen te zijn. Het zijn die vele kleine dingen die ons hart gestolen hebben. En ondertussen bezochten we huizen met verschillende immobiliers. In de Lot, in de Dordogne, in de Tarn-et-Garonne … om uiteindelijk in de GERS te arriveren. Henk, mijn man (klinkt goed, hé), vond de foto’s op een immo-site en werd op slag verliefd op het huis. Bij mij duurde het iets langer, ik dacht vooral : “Zo’n groot pand, zoveel kamers, die immense keuken en 1 hectare grond. Is dat ons idee over rustiger leven ?!”

Er moest een tweede bezoek volgen vooraleer ik mij durfde overgeven aan wat echt belangrijk was : de rust in het dorpje Mondebat, een weids zicht over het landschap van de Gers en de ziel van het huis, dat de sporen draagt van de vele families die er voor ons gewoond hebben.

Ik denk dat wij jullie — als lezer van de blog — zullen meenemen in een verhaal over hoe wij ons voelen in dit nieuwe hoofdstuk van ons leven.